Dit Cahier biedt een eerste grondige commentaar bij het op 24 oktober 2018 door het Vlaams Parlement goedgekeurde decreet “houdende bepalingen betreffende de huur van voor bewoning bestemde goederen of delen ervan” ofte het “Vlaamse Woninghuurdecreet”. Het decreet is onderverdeeld in vijf titels: Titel 1 (art. 1-4) bevat een aantal algemene bepalingen die van toepassing zijn alle overeenkomsten betreffende de huur van voor bewoning bestemde goederen. Titel 2 (art. 5-52) is het omvangrijkste deel en bevat een regeling voor de “huurovereenkomsten voor hoofdverblijfplaatsen”. Titel 3 (art. 53-65) regelt vervolgens de “huurovereenkomsten voor de huisvesting van studenten”. Titel 4 (art. 66-78) en Titel 5 (art. 79-84) bevatten een aantal wijzigingsbepalingen en opheffingsbepalingen en regelen de inwerkingtreding.
De auteur analyseert en bespreekt alle wijzigingen die het Woninghuurdecreet met zich meebrengt en biedt de lezer een degelijk overzicht van deze nieuwe regelgeving, onder meer de nieuwe regels in verband met de huurwaarborgen. Vervolgens komt in dit Cahier een uitgebreid overzicht van recente rechtspraak inzake (woning)huurrecht aan bod.
Dit handige boekje is dan ook een snelle en betrouwbare hulp voor advocaten, magistraten en alle juristen die met deze belangrijke rechtstak worden geconfronteerd.