In een gewijzigd demografisch samenlevingskader is het familiaal vermogensrecht niet alleen in volle ontwikkeling, maar werden er bovendien verschillende wetgevende initiatieven genomen tot een grondige herziening van het traditionele huwelijksvermogensrecht en erfrecht. In dit Cahier bieden de auteurs een grondig overzicht van de recentste ontwikkelingen in het relatievermogensrecht en het erfrecht. Zij doen dit uitvoerig aan de hand van wetgeving, rechtspraak en rechtsleer. Zo komen bij het huwelijksvermogensrecht de regels van de rechtspleging aan bod, evenals de bestendigheid van de huwelijkse voorwaarden en de baten van het eigen of het gemeenschappelijk vermogen. Ook de vereffening en verdeling van vennootschapsaandelen, beroepsgoederen en cliënteel en het preferentiële overnamerecht komen aan bod. Tot slot staat de auteur ook stil bij moeilijke hoofdstukken zoals de heling en de koopovereenkomst tussen echtgenoten.Bij de bespreking van het hervormde erfrecht gaat de aandacht in de eerste plaats naar de wettelijke en conventionele devolutie en naar de erfovereenkomsten. Het belangrijke leerstuk van de reserve wordt ook uitvoerig besproken.