De consistente bestraffing raakt aan de fascinerende tandem van het recht en het rechtspreken. Bestraffen of beter gezegd “straftoemeting” is geen exacte wetenschap. De vraag rijst evenwel of inconsistentie in de bestraffing als problematisch moet worden beschouwd dan wel als een aanvaardbare vorm van collateral damage die inherent verbonden is aan elk rechtssysteem. Maar al te vaak eisen procedurekwesties bovendien de aandacht op. Dat de straftoemetingsbeslissing als sluitstuk van de procedure een sleutelmoment vormt voor de beklaagde en de beschuldigde wordt te dikwijls vergeten door alle betrokken partijen. Dit boek van Sanne Raats zou alleen al op dit punt een eye-opener moeten zijn.
Verschillende facetten uit uiteenlopende disciplines worden door de auteur ontrafeld: niet alleen het straf(proces)recht, maar ook de rechtspsychologie. Hoewel het disciplines zijn die ongetwijfeld in elkaars verlengde liggen, moet toch worden vastgesteld dat de modale jurist door een gebrek aan vorming op dit terrein spijtig genoeg niet altijd voeling heeft met de gedragswetenschappelijke benadering van het recht. Daarnaast staat de auteur ook stil bij de motivering van de strafmaat evenals bij de invloed die het hoger beroep en principearresten op de straftoemeting hebben.
Dit boek is dan ook een onmisbare tool voor magistraten en penalisten.