Susanne (66) beleeft een zomers gloriemoment: ze haalt de voorpagina van de streekkrant met de hoogste zonnebloem van de tuinwijk. Enkele dagen later vindt ze op haar deurmat een kaart met de zonnebloemen van Van Gogh en een onbekend telefoonnummer. Als ze het nummer na lang aarzelen belt, herkent ze meteen de stem die haar terugvoert naar het schooljaar waarin ze zestien werd. Het jaar waarin haar vader – regisseur bij amateurtoneelgroep DOP (Door Oefening Prestatie) – haar tot zijn assistente benoemt, waarin ze kennis maakt met haar overleden zusje en waarin een aanbeden klasgenoot voor iemand anders kiest. Maar vooral het jaar waarin de souffleur, Onno, ongekende gevoelens in haar wakker maakt, waardoor ze zo broos en breekbaar wordt als het Glazen speelgoed uit hun toneelstuk...
Ze besluit de hoogbejaarde Onno op te zoeken in Huis Parkzicht.