Dit werk, dat de commerciële editie vormt van het proefschrift dat de auteur op 15 februari 2022 openbaar verdedigde, analyseert de theoretische grondslagen aangaande de handhaving van Europees (consumenten)recht voor nationale hoven en rechtbanken. Door middel van een diepgaande rechtspraakanalyse met betrekking tot drie thema’s (termijnen, ambtshalve toepassing en de werking van rechtelijke beslissingen) wordt nagegaan of en, zo ja, in welke mate en waarin er verschillen bestaan tussen de handhavingsrechtelijke aanpak van consumentenrecht enerzijds en Europees recht anderzijds. Op die manier wil de auteur de vaak gestelde these dat consumentenrecht op handhavingsrechtelijk vlak ‘iets anders’ is, falsifiëren.
Consumentenrechtelijke rechtspraak plaatsen tegenover ‘andere rechtspraak’ laat toe om na te gaan of het al dan niet (en, zo ja, in welke mate) klopt dat consumentenrecht ‘anders’ is dan ander Europees recht wat de handhaving betreft. De rijkelijke analyses in dit boek maken duidelijk dat het Europees (consumenten)recht geen, of althans niet langer, een ver-van-mijn-bedshow is in de nationale rechtbanken. Integendeel, het is een gegeven waarmee de magistraat en de advocaat in steeds verdergaande mate rekening moeten houden bij hun dagdagelijkse bezigheden.
Dit boek is bestemd voor elke jurist, zowel academicus als praktizijn (in het bijzonder de magistraat of advocaat), die met de handhaving van het Europees (consumenten)recht in aanraking komt.
De auteur:
Jarich Werbrouck promoveerde in februari 2022 tot doctor in de Rechten aan de Universiteit Gent. Sinds oktober 2021 is hij magistraat in opleiding binnen het rechtsgebied van het hof van beroep Gent.