Dit handboek biedt een grondige bespreking van het faillissementsrecht en het insolventiestrafrecht. Er wordt ook stilgestaan bij de interferenties van een procedure gerechtelijke reorganisatie. Verder komen de burgerrechtelijke aansprakelijkheid van bestuurders van rechtspersonen, de Pandwet en de Wet Voorrechten en Hypotheken aan bod. De grensoverschrijdende aspecten van een insolventieprocedure worden eveneens besproken. Ten slotte krijgt ook het respect in het insolventierecht voor de fundamentele rechten en vrijheden, zoals onder meer vastgelegd in het EVRM, de nodige aandacht.
Het boek richt zich tot alle actoren van het faillissementsrecht (rechters-commissarissen, griffiers, magistraten, advocaten, curatoren, gerechtsmandatarissen, bank- en bedrijfsjuristen), en ook tot de cijferberoepen (accountants en boekhouders, bedrijfsrevisoren).
Aan de hand van een gedetailleerde inhoudstafel en een uitgebreid trefwoordenregister vindt de lezer zijn weg in de artikelsgewijze bespreking. De uitgebreide bibliografie en de talrijke verwijzingen naar rechtspraak en rechtsleer laten de gebruiker toe om zich verder te verdiepen in een of ander aspect.