Met dit boek over de fundamenten van het Belgische arbeidsrecht kijkt Maxime Stroobant terug op de kernvragen van de arbeidsverhoudingen en van het arbeidsrecht. Daartoe maakt hij een selectie uit zijn vroegere publicaties, verspreid over een periode van ruim vijftig jaar. Zijn analyse van en zijn conclusies bij de evolutie van het arbeidsrecht tijdens deze periode schrijft hij neer in een uitgebreide inleidende bijdrage.
Drie thema’s nemen in zijn denken een centrale plaats in, nl. de fundamentele bouwstenen van het Belgische arbeidsrecht, het arbeidsrecht en de participatieve democratie en tot slot het arbeidsrecht en het grondrecht op een menswaardig leven. In zijn boek over de fundamentele bouwstenen van het Belgische arbeidsrecht wil hij ideeën aanreiken bruikbaar voor het hedendaagse denken over mens en arbeid. Hij bekijkt de situatie in de eerste plaats vanuit het standpunt van de werkende mens: over zij die, in hoofdzaak zo niet exclusief, over hun arbeid beschikken om hun leven zinnig en met een redelijk comfort in te richten.
De auteur gaat er van uit dat het gedrag van individuen en van collectiviteiten met betrekking tot de arbeidsverhoudingen door veel meer bepaald wordt dan door het recht alleen. Gedragsregels vloeien ook voort uit situaties “het recht voorbij”. Beide aspecten zijn echter onlosmakelijk met elkaar verbonden. Recht en humanisme gaan hand in hand. Ideologie, arbeidsrecht en constitutionele rechten zijn om die reden centrale thema’s in het boek.