Er is een manier om dit na te vertellen, een die wat we vanzelfsprekend vinden
nieuw doet lijken en oneindig interessant. Ik heb haar nog niet in de vingers,
ik val als vanouds van de kaart.
Was will das Weib, vraagt Marie Claus zich af in haar nieuwe bundel Hier huizen draken. Een plek op het podium, in het landschap en in de schoolboeken. Een gesprek over de tijden waarin die plek er niet was, over de huidige tijd waarin die plek er nog steeds veel te vaak niet is, over haar woede en verdriet over die gang van zaken. Hier huizen draken is het verslag van haar reis naar de rand van de kaart, naar daar waar het licht van de Rede hapert en de intuïtie het moet overnemen. Ze vertelt over de verwoesting die ze onderweg aantreft: luie instituten, verscheurde landschappen, gedecimeerde en op drift geraakte volkeren. Met de geconcentreerde aandacht van een weefster zoekt ze naar een taal die haar rouw en irritatie kan verbeelden zonder dat ze zich voegt naar de logica die deze versnippering mogelijk heeft gemaakt.