Het literaire oeuvre van Walter van den Broeck (°1941) is even uitgebreid als divers. Het omvat niet alleen romans maar ook theaterteksten, tv- en hoorspelen en kritische teksten. Kenmerkend zijn de aandacht voor de maatschappelijke onderkant en de blik van onderaf, maar de lezer treft ook mild experiment aan in zijn werk. Zo manifesteert de schrijversfiguur zich in zijn romans geestig en nadrukkelijk. Die schrijver toont zich voortdurend bewust van zijn plaats in een familie, een stamboom en een streek, maar neemt er ook ironisch afstand van. De verzoening van en spanning tussen zijn en schijn vormt daarin een rode draad.
In Literatuur van zijn en schijn bieden onderzoekers nieuwe perspectieven op dat omvangrijke oeuvre. Het boek gaat in op uiteenlopende facetten van Van den Broecks werk: het typeert zijn toneelwerk, bespreekt zijn betrokkenheid bij het tijdschrift Heibel en beschouwt romans vanuit uiteenlopende benaderingen zoals de psychoanalyse, animal studies en de studie van autofictie. Op die manier verheldert deze studie de onmiskenbare literair-historische waarde van zijn oeuvre.