Als kind tekende Edvard Munch veel. Een andere carrière dan als beeldend kunstenaar kwam dan ook nooit in aanmerking, niet voor hemzelf noch voor zijn omgeving. Al snel vond hij zijn eigen stijl, mede na een bezoek aan het Parijs van de impressionisten. De eerste tentoonstelling waaraan hij deelnam – in 1886, toen hij tweeëntwintig was – leverde hem de nodige kritiek op. Ook het wereldberoemde De schreeuw, uit dezelfde periode, stuitte aanvankelijk slechts op onbegrip.
Munch, een biografie van kunstkenner Atle Næss geeft een levendig beeld van deze beroemde Noorse schilder. Beschrijvingen van zijn reizen, tentoonstellingen en persoonlijke relaties, zijn drankmisbruik en zijn uiteindelijke succes worden afgewisseld met besprekingen van schilderijen en tekeningen. De lezer krijgt zo een rijk en genuanceerd beeld van deze schilder die niet schilderde wat hij zag, maar in zijn kunst zijn gevoelens, overpeinzingen en stemmingen indrukwekkend tot uiting bracht.
Munch, een biografie is een must-read voor iedereen die geraakt werd en wordt door De schreeuw.