In elke verbintenisrechtelijke context moet rekening worden gehouden met de drie volgende algemene rechtsbeginselen: verbod van rechtsregelontduiking, fraus omnia corrumpit en verbod van (rechts)misbruik. Hoewel deze rechtsbeginselen in de praktijk vaak worden ingeroepen, is er veel onduidelijkheid over de draagwijdte van elk beginsel, de onderlinge afbakening en wisselwerking tussen de beginselen en de verhouding tussen elk beginsel en de rechtsregel waarvan het de draagwijdte verduidelijkt. Wanneer is er sprake van verboden rechtsregelontduiking? Welke sanctie komt rechtsregelontduiking toe? In welke mate tast fraus de toepasselijke rechtsregels aan? Welke elementen beïnvloeden het antwoord op de vraag naar (rechts)misbruik? Hoe kan (rechts)misbruik worden gesanctioneerd? Waar ligt de grens tussen de open begrippen ontduiking, fraus en (rechts)misbruik? De drie rechtsbeginselen laten toe om te sleutelen aan de draagwijdte van een rechtsregel, een verplichting of een subjectief recht, maar kunnen zij ook contra legem werken?In dit boek staat de draagwijdte van de rechtsbeginselen verbod van rechtsregelontduiking, fraus omnia corrumpit en verbod van (rechts)misbruik in het Belgische (verbintenissen)recht centraal. De gevolgen van het geplande Boek 1 en 5 van het nieuw Burgerlijk Wetboek komen daarbij ook aan bod. Aan de hand van voorbeelden worden de ongeschreven rechtsgrenzen verduidelijkt die de drie rechtsbeginselen stellen, alsook de grenzen die aan de werking van deze beginselen kunnen worden gesteld. De praktijkgerichte benadering zorgt voor een concreet begrip van de inzetbaarheid van elk beginsel, de gevolgen die elk beginsel toekomt en de grenzen aan elk beginsel.Dit boek is de handelseditie van het proefschrift dat Matthias Meirlaen op 24 november 2021 succesvol verdedigde aan de Universiteit Gent. Sinds januari is de auteur gestart aan de balie van Gent. Daarnaast is hij ook verbonden als praktijkassistent aan de vakgroep Metajuridica, Privaat- en Ondernemingsrecht van de Universiteit Gent en lid van het Centrum voor Verbintenissen- en Goederenrecht.