Description

In Istanbul is Armando Catalano, alias de Schorpioen, Mejaï op het
spoor gekomen. Hij wil weten wat er van hun kind geworden is. Maar de
zigeunerin is heel handig met vergiften en ze aarzelt niet ze te
gebruiken tegen de Schorpioen, die buiten westen raakt. Wanneer hij
bijkomt, komt hij te weten dat hij van moord wordt beschuldigd. Hij
wordt uitgeleverd aan het hof van de sultan, waar een eunuch hem te
hulp schiet en hem naar zijn meesteres leidt. Een mysterieuze vrouw
die ‘de Sabbateïsche’ wordt genoemd, met geheime en sombere tekens op
haar gezicht. Zij vraagt hem de naam van een man te ontcijferen die
in Egyptische zuilen gegraveerd staat. In ruil belooft ze hem te
helpen Mejaï terug te vinden. In Caïro kruisen de wegen van Mejaï en
de Schorpioen opnieuw. Ze vertelt hem de waarheid over hun kind, maar
verbiedt hem het op te zoeken. Ze dreigt zelfs de Schorpioen te
vermoorden als hij in de buurt komt…