Tijdens een zeven maanden durend verblijf in een trappistenklooster in New York onderwierp Henri Nouwen zich als een monnik aan alle regels van zwijgen, arbeid en contemplatie. In zijn dagboeken legde hij de geestelijke en alledaagse ervaringen vast. Hij deed dit met ernst en openheid, kritisch en geestig.
De lezer volgt hem door deze 'andere' wereld, die aantrekkelijk is en soms ergerlijk, vol plotselinge herkenning, dan weer teleurstellend, maar altijd intens. De ontmoeting met het moderne en eeuwenoude kloosterleven was van cruciaal belang voor Henri Nouwen, wiens boeken overal in de wereld worden gelezen.
Dit boek is inspirerend én uitdagend voor diegenen die op zoek zijn naar zichzelf.