Rechtsregels zijn juridisch algemeen verbindende normen die, wanneer hun toepassingsvoorwaarden vervuld zijn, verboden en/of geboden opleggen. Rechtssubjecten die aan die verboden of geboden willen ontsnappen, trachten zich daarom buiten het toepassingsgebied van die rechtsregels te plaatsen. Rechtsregelontwijking wordt doorgaans als geoorloofd en rechtsregelontduiking als ongeoorloofd beschouwd. Hoewel de opvattingen in de rechtsleer en rechtspraak zeer divers zijn, komt de discussie er steeds op neer uit te maken hoever rechtssubjecten in hun ontwijkingspogingen kunnen en mogen gaan. De ongeoorloofde ontwijkingspoging is bij het brede publiek beter gekend als verboden ‘wetsontduiking’.
In dit boek, dat de commerciële editie vormt van het proefschrift waarmee de auteur op 15 oktober 2020 de graad van Doctor in de Rechten behaalde aan de KU Leuven, bespreekt de auteur het begrip, de aard, de grondslag en het toepassingsgebied van het verbod op wetsontduiking. De auteur toont onder meer via diverse toepassingsgevallen uit de privaatrechtelijke rechtspraak aan dat het verbod op wetsontduiking geen autonome werking heeft en bovendien geen ‘ontduikingsopzet’ vereist. Het volstaat de toepassingsvoorwaarden van de rechtsregel (incl. het beoogde doel hiervan) en de feiten (incl. de beoogde rechtsgevolgen) goed te kennen om de ongeoorloofde ontduiking te kunnen onderscheiden van de (principieel) geoorloofde ontwijking.
De wetsontwijking is principieel geoorloofd, maar sluit niet uit dat de voor de ontwijking gestelde (rechts)handelingen in concreto rechtsmisbruik of bedrog (Fraus) kunnen uitmaken. Zowel rechtsmisbruik als bedrog veronderstellen een civielrechtelijke fout, wat niet automatisch het geval is bij wetsontwijking. Van een normaal zorgvuldig en vooruitziend burger die zich in dezelfde omstandigheden bevindt, wordt niet verwacht dat hij zich binnen het toepassingsgebied van de voor hem meest nadelige rechtsregels plaatst.
Nicolas Van Damme studeerde in 2013 af als master in de rechten aan de KU Leuven. Hij was van 2013 tot 2015 advocaat aan de Brusselse balie. Sinds september 2015 is hij als assistent en onderzoeker voltijds verbonden aan het Instituut voor Contractenrecht van de KU Leuven.