Het is vaak een onbewust, onbesproken en onbespreekbaar thema: het verlies van een kind binnen het gezin en de impact die deze gebeurtenis heeft op het familiesysteem. Bijvoorbeeld wanneer er sprake is van een miskraam, stilgeboorte of het vroeg overlijden van een (tweeling)broer of -zus. Het kind dat in de kinderrij direct op het overleden kind volgt, krijgt onbewust een onmogelijke opdracht mee: het moet datgene geven wat zijn ouders nodig hebben om te kunnen helen in hun rouw.
Dit boek geeft een onthullende inkijk in de levens van mensen die als kind in deze bijzondere positie terecht zijn gekomen: Elviskinderen. Deze term is gekozen vanwege de bepalende levensgeschiedenis van Elvis Presley, wiens oudere tweelingbroer overleed tijdens de geboorte. Elvis heeft altijd het gevoel gehad te moeten leven voor twee – als ‘vervangend kind’. Dit heeft hem zijn leven lang op dramatische wijze achtervolgd.
In dit boek wordt vanuit een contextuele benadering erkenning gegeven aan de risicofactoren waar jonge en volwassen Elviskinderen mee te maken krijgen. Ervaringsverhalen illustreren deze factoren en bieden herkenning aan Elviskinderen zelf en hun ouders. Naast het theoretische kader en praktijkvoorbeelden worden er concrete handvatten geboden voor de begeleiding van Elviskinderen in de zorg en het onderwijs.
OVER DE AUTEURS
Ard Nieuwenbroek is trainer, therapeut en supervisor bij Ortho Hulp in Sint-Oedenrode. Hij is orthopedagoog en sociaal pedagoog. Hij volgde de opleiding contextuele hulpverlening bij 'Leren over Leven'.
Judith Kimenai is tekstschrijver en opgeleid tot contextueel werker. Ze stond jarenlang voor de klas in het voortgezet onderwijs. In die periode was ze niet alleen docent, maar ook een bevlogen mentor en leerlingbegeleider. Tegenwoordig richt ze zich voornamelijk op publicaties in de educatieve sector.