In We hebben het geweten van Catherine Chidgey is Greta Hahn net verhuisd, samen met haar man en zoon. De beste timmerlui en meubelmakers uit Europa spannen zich in om van dit nieuwe huis een paleisje te maken. Greta is dan ook vooral bezig met het uitzoeken van nieuwe gordijnen. De reden van deze verhuizing is wat minder feestelijk: echtgenoot Dietrich Hahn heeft een nieuwe positie als kampcommandant in Buchenwald.
Als Greta onverwacht afhankelijk wordt van een gevangene kan ze niet langer wegkijken. En ook haar man heeft het moeilijk: hij wordt geconfronteerd met een corruptieschandaal, terwijl hijzelf ook ook niet brandschoon is – maar verricht hij niet een goede daad uit liefde voor zijn vrouw?